Het Pancratiusplein heette vroeger Emmaplein en daarvoor ”A gene Kirkgraaf”.
Schelmentoren of Gevangentoren staat ten NO van de Pancratiuskerk.
Kort na 1100 bouwden de heren van Ahr Hochstaden uit het Duitse Rijnland in de heerlijkheid Herle een verdedigbare woontoren, de Schelmentoren of Gevangentoren, omgeven door een ongeveer 2 meter dikke omwallingsmuur en omringd door een gracht. Die toren staat nu bekend als de Schelmentoren of Gevangentoren. De toren heeft eeuwenlang als gevangenis gediend en werd in 1777 gerestaureerd. Daarna werden de zittingen van de schepenbank (gemeentebestuur en rechtbank) er gehouden en werden de stadsarchieven er bewaard.
De Pancratiuskerk ( in de 11e eeuw nog Andreaskerk) is gebouwd door de genoemde graven Van Ahr. De kerk is gebouwd van Kunradersteen, die gekapt werd, omdat hij zo hard is, en niet zoals mergelblokken worden uitgezaagd. Het is sinds de restauratie van 1900-1904 een driebeukige kruisbasiliek. Het romaanse schip kwam in de eerste helft van de 12e eeuw tot stand. In het derde kwart van die eeuw volgde de aanleg van de – niet voltooide- westbouw, die de basis vormde voor de in 1394 gebouwde verdedigbare toren.
Van 1661 tot 1832 was de kerk een simultaankerk, d.w.z. te gebruiken door katholieken en protestanten. De huidige oostpartij is in 1901-1904 gebouwd naar plannen van J.Th.J. Cuypers. De oorlogsschade werd in 1945 hersteld onder leiding van F.Peutz. In 1960-1961 heeft men aan de zuidzijde een sacristie en een doopkapel toegevoegd. De gebrandschilderde ramen zijn van E. Laudy (1948).
Behalve de (burcht)kerk en het kerkhof met de omwallingsmuur en de gracht bestond De dorpskern (de heerlijkheid Herle) tot 1200 uit slechts enkele tientallen huizen binnen de muur.. Na het jaar 1200 werden buiten de omwalling ook huizen gebouwd en ontstond de Veemarkt (Wilhelminaplein), de Dorpstraat (Emmastraat later Pancratiusstraat), de Gasthuisstraat en de Geleenstraat.
Het Pancratiusplein wordt omringd met cafés en restaurants en veel terrassen in de zomer
Oppidom, naam van grand-café dat in 1941 werd geopend als bankgebouw en in 1998 heropend als grand-café.
De naam is afkomstig van het uit 1318 stammende ”Oppidum”, versterkte plaats, kleine stad met ommuring, waarmee Heerlen werd aangeduid.
Voor 1941 stond op deze plek het in 1902 gebouwde postkantoor.
“D’r lachende Ehzel” , brons, Cyriel, Laudy, 1992, staat weer op zijn plek na een grondige reconstructie en het autovrij maken van het plein in 2007.
Het monument voor Mgr. P.J.Savelberg, brons, Mari Andriessen, 1964, is verplaatst van de Putgraaf naar een plek naast de ingang van de kerk.
Geen feest (meer).
Tot 2001 verpestten zo’n 750 harddrugsverslaafden al enkele jaren het straatbeeld in Heerlen. Om dit verschijnsel te bestrijden werd de Operatie Hartslag opgestart. Daarbij werkten politie, zorgverleners, justitie, ondernemers en bewoners o.l.v. de gemeente samen om de drugsoverlast te bestrijden en de gebruikers de juiste hulp te verlenen. Ter versterking van dit beleid werden in de gemeente in 2004 130 camera’s geïnstalleerd. Verder kwam er een dag- en nachtopvangcentrum in de Klomp; mensen die overlast veroorzaakten, m.n. straatdealers, kregen een gebiedsontzegging; er kwam een alcoholverbod openbare weg in de bebouwde kom en er werd preventief gefouilleerd. Het Rijk steunde het beleid met een bedrag van € 1,5 miljoen. In 2007 stelde de burgemeester vast dat de operatie was geslaagd, maar dat de ingeslagen methodiek gehandhaafd bleef.
Naast de kerk staat ook een stenen bank, zoals op diverse plekken in de stad. De banken zijn door lokale kunstenaars bekleed met mozaïek.
In maart 2018 is op een stuk muur op het Pancratiusplein een maquette geplaatst met het aanzien van Heerlen in de Middeleeuwen. Tekst op de zijkant van de muur geeft uitleg.
Boven de ingang aan de noordkant is een nisje met een beeldje van St. Jacobus de Meerdere, gemaakt door Sjaak Teunissen. Boven de ingang aan de zuidkant is ook een heiligen nisje: Maria met Jezuskind gemaakt door Charles Vos.