De loop van de Caumerbeek
De Caumerbeek was tot 1929 de belangrijkste waterbron voor Heerlen. Daarna kwamen de pompstations.
Prachtige stier “Imperator”, Wim Steins, 1998 aan de Bautscherweg. Een geschenk van de Rabobank aan de bewoners van de Heerlerbaan.
De kapel aan de Corisbergweg is een bevrijdingskapel opgedragen aan O.L.V. van Fatima, gesticht uit dankbaarheid dat Heerlen in de jaren 1940-1945 gespaard bleef van oorlogsgeweld. Links naast de deur hangt een houten kruis met een corpus van aardewerk gemaakt door Sjef Drummen.
Het gemeenschapshuis aan de Corisbergweg is genoemd naar de oorsprong van de Caumerbeek. De naam ‘Caumer’ is een verbastering van Cauborn of Caldenborn, koude bron.
Hoeve De Horicherhof.
Bij deze hoeve liggen de bovenste bronnen van de Caumerbeek. De hoeve wordt voor het eerst in 1381 in de analen vermeld als Overste Hof of Horicherhof. De hoeve dankt zijn naam aan de familie Von Horrich die er vóór 1446 woonde. De restauratie van de hoeve, door toedoen van de wijk- bewoners, werd voltooid in 1986.
De stenen van de achterwand van de schouw zijn nog oorspronkelijk.
Hoeve De Droepnaas is een hoeve die zo werd genoemd, omdat het water van een nabijgelegen bron vaak druppelsgewijs eruit kwam. Ook deze hoeve is voor ‘t eerst vermeld in 1381 als Onderste Hof of Kleine Caumer. De hoeve moet oorspronkelijk bij de Horicherhof gehoord hebben en is waarschijnlijk door splitsing na 1378 ontstaan. In dat jaar gingen de Onderste en Bovenste Hof nog in hun geheel over in handen van de Hertog van Brabant.
Hoeve Corisberg aan de Corisbergweg is een zorgboerderij.
De hoeve is voor ‘t eerst vermeld in 1371 als stamgoed van het geslacht Caldenborn. In 1722 werd de Maastrichtenaar mr. Willem Pesters leenman van Corisberg. Hij was ook eigenaar van de hoeve Molenberg. Na zijn kinderloos overlijden kwam de hoeve via vererving in handen van Antoinette Ernestine Jacot van Corisberg en is daarna nog diverse malen van eigenaar gewisseld. De hoeve is thans eigendom van de gemeente Heerlen. De herbouw van de grote oostelijke stalgevel in baksteen is vereeuwigd door een gevelsteen op de linker puntgevel van het woonhuis met de vermelding: Anno 1768
Voor de hoeve is een waterzuiveringsbassin aangelegd.
Bijna aan het einde van de Corisbergweg kom je bij een bospad. Vanaf hier wisselt het hellingbos (uniek in Nederland) af met poelen en weiland. De eerste trap die te zien is, ligt aan de rechterkant van het pad. Tegenover deze trap liggen in de laagte de eerste bronnen van de Caumerbeek verstopt, met toevoer van zuid en west. Het pad met de bloeiende brem op de achtergrond leidt naar de Schiffelerhof (een paar foto’s verder). Via een sluis stroomt de beek onder de Caumermolenweg naar de overkant.
De wijk achter Hoeve Corisberg met verschillende typen huizen aan de Roggehof en de Andromedasingel.
Bovenste Caumer met vakwerkboerderij.
Kruis op de hoek Kaldenbornweg / Keerweg en woningen aan de Kaldenbornweg.
Hoeve ‘De Erk’, vroeger Hoeve’Boven de Poort’, Johannes XXII-singel met muurankers die het jaar 1808 vermelden. Op de balk boven de deur staat: Anno 1739, mey, P.Preyden. Dit huys staet in goode hant. Godt bewaer dit vor fevr en brant. Tussen 1972 en 1982 werd de hoeve op particulier initiatief gerestaureerd.
Kruis tegen de gevel en een ander tegenover de hoeve.
De naam De Erk komt van het Latijnse ‘arca’ dat kast of kist betekent en verwijst naar de sluis tegenover de hoeve (foto IMG 0036 van deze route) die voor de waterhuishouding van Heerlen een belangrijke rol heeft gespeeld. Het water liep, als men het schot van de sluis had laten zakken, vanaf de Johannes XXIII-singel, via de Caumerbeeklaan naar de laag gelegen omgeving van het huidige (op heipalen gefundeerde) Grotius College. Daarna stroomde ‘Het Vlot’ ( Vlotstraat), ook wel ‘De Waterloper’genoemd door open greppels en kanalen langs de Akerstraat in de richting van het centrum. ( Rijksmonumenten Heerlen)
De Onderste Caumermolen (Caumeroliemolen) stamt uit de 17e – 18e eeuw. De muurankers 1828 (voor 18, achter 28) duiden op een verbouwing
Al vanaf de vroege Middeleeuwen lagen er meer dan veertig watermolens langs de Caumerbeek, de Geleenbeek, de Platsbeek, de Molenbeek, de Rode Beek, de Worm, de Anstel en de Eijserbeek. De molens hadden verschillende functies
en waren voor de plaatselijke bevolking van grote betekenis. Naast de gebruikelijke graan- en oliemolens waren er ook enkele verf-, zaag- en volmolens.
De molens waren meestal in het bezit van de plaatselijke heer en werden voor een bepaald aantal jaren verpacht. Vaak waren er meer watermolens op één beek, zoals op de Caumerbeek de Caumer-, de Olie-, de Schandeler-, en de Köpkens-molen. De molenaar van een verder stroomafwaarts gelegen molen had geen werk als de eigenaar van de molen stroomopwaarts het water te lang vasthield. Daardoor ontstonden er veel geschillen over het stuwen van het beekwater.
De Caumermolen aan de Joh. XXIII-singel werd al in 1371 genoemd als ‘banmolen’, dat wil zeggen dat de bewoners van een bepaald gebied verplicht waren hun graan in deze molen te laten malen. Volgens een verklaring van de schepenbank in 1496 zouden alle bewoners van de Vrijheid (het centrum van Heerlen) aan deze verplichting zijn onderworpen. Het is de oudste molen van Heerlen. Ze is in gebruik geweest tot 1929.
De Hoeve Molenberg, Caumermolenweg 37. De hoeve behoorde in de tweede helft van de 16e eeuw bij de bezittingen van het geslacht Van Hulsberg, genaamd Schaloen, dat in Welten in het kasteel De Doom woonde. Het gebouw is vaak van eigenaar gewisseld en toont de sporen van veel verbouwingen. Boven de poort herinnert een inschrift in de gevelsteeen ons aan een verbouwing door Franciscus Stassen-Melchers in 1776. Op het binnenplein duidt het jaar 1778 in ankers ook op een verbouwing.
De hoeve dankt zijn naam aan de ligging op de bergheuvel boven de Caumermolen. Er zijn nu appartementen in.
De Hoeve Schiffelerhof.
Eind 14e eeuw was de Schiffeler de zetel van het adellijk geslacht Van Retersbeek, bijgenaamd Van Caldenborn. Begin 15e eeuw erfden de Van Retersbeeks de rijke goederen van het uitgestorven geslacht Van Schaesberg, waarna zij hun naam veranderden in Van Schaesberg en hun intrek namen in het kasteel Schaesberg.
De hoeven Corisberg en De Schiffeler werden in 1655 verkocht aan Henric Vignon die gehuwd was met Anna Burette, welke familie op kasteel Meezenbroek woonde.
In de 19e eeuw werd de grote hof in twee bedrijven gesplitst met ieder een afzonderlijke eigenaar. Na een restauratie in 1985 is het geheel opgedeeld in verschillende wooneenheden.
De boerderij ligt in een mooi bosgebied met laaggelegen poelen.
Aan de Van Waringweg heeft de politieschool gelegen.
Via een pad links naast de hoeve Molenberg, de Caumermolenweg oversteken en langs het Aambos de Caumerbeek volgen tot bij de vijver achter de Oliemolen, ook wel ”in den Grouwel”genoemd. Deze stamt uit 1502, werd verbouwd in 1740 en volgens de muurankers gerestaureerd in 1979.
De oliemolen had in de loop der eeuwen meerdere functies. Deed de molen in 1563 nog dienst als volmolen (vollen van lakens is het samenpersen van weefsels), enkele jaren later kreeg hij ook de functie van oliemolen. Van koolzaad, lijnzaad, raapzaad en hennepzaad werd er olie geperst. Na 1904 was de molen alleen nog in gebruik als graanmolen.
Na het passeren van de Oliemolen en de Oliemolenstraat volgt de beek zijn weg langs de Groene Boord en verdwijnt bij de Putgraaf ondergronds, om vervolgens achter het spoorviaduct aan de linker kant van de weg weer bovengronds te komen.
De Caumerbeek langs de Schandelerboord.
Schandelermolenweg 16 is de Schandelermolen. Deze wordt al in 1563 genoemd in de erfdeling tussen Johan en Willem van Schaesberg. Bouwjaar waarschijnlijk 1550. Wegens gebrek aan water is de molen sinds 1956 niet meer in gebruik.
Plastiek van beton, 1970, Appie Drielsma. Dit plastiek stond oorspronkelijk bij de voorm. Scholengemeenschap Wachtendonck aan de Kasteellaan. Omdat het schoolgebouw plaats moest maken voor nieuwbouw, moest het kunstwerk wijken. De verplaatsing en renovatie vond plaats in december 2001.
De wijk Schandelen.
De R.K. kerk “H. Hart van Jezus”met pastorie aan de Meezenbroekerweg is gebouwd in 1927-1928 naar ontwerp van J. Wielders. (Hij ontwierp ook de watertoren van Schimmert en de oude bioscoop van Sittard).
Kerk van de Evangelisch Lutherse Gemeente.
Kunst in de wijk:
Meezenbroekerweg: “Leonardo”, Jan van den Bragt, 2002
Meezenbroekerweg: “D’r Schandeler Jong”, brons, Renate Petit-Becker, 1998
Meezenbroekerweg: Muurschildering
Vijgenweg: Muurschildering op trafohuisje
St. Barbarastraat met een monumentje: “St. Barbara”, J. Hanssen, 2009.
Oude Kerkstraat: Muurschilderingen van Gaia (US) “Tulpenmanie” uit 2017 en drie andere uit 2018. Alle vier de muurschilderingen in een oogopslag.